Francis Bacon
(1909 Dublin -1992 Madrid)
Bacon is hoogstwaarschijnlijk de belangrijkste Britse schilder uit de twintigste eeuw. Hij heeft geen kunstacademie gevolgd. De autodidact is aanvankelijk sterk beïnvloed door het werk van Picasso. In 1944 heeft Bacon het grootste deel van zijn werken vernield. Er volgt een omslagpunt in zijn schilderscarrière. Vanaf dat moment ontwikkelde hij een zeer persoonlijke expressieve stijl.
In de ruimte, of beter gezegd de leegte, geïsoleerde figuren komen op haast al zijn schilderijen voor. Ze zijn meestal sterk gedeformeerd en zien er bijzonder angstaanjagend uit. Zijn kunst heeft een existentieel karakter. De wijze waarop hij de sterfelijkheid van zijn figuren in beeld bracht maakt ze afstotelijk.Vaak lijkt het of zijn figuren wegrotten terwijl ze nog in leven zijn. Bacon heeft veel gebruik gemaakt van beeldmateriaal van anderen, zoals foto’s uit The human figure in motion van Muybridge, medische handboeken en persfoto’s. De portretten van Innocentius X van Velasquez en zelfportretten van van Gogh hebben Bacon geïnspireerd tot een reeks schilderijen. Hij schilderde hoofdzakelijk met verdunde olieverf. De gevoelige schilderstijl en de formele kwaliteiten staan in schril contrast met de onderwerpen.
|